Q&A met Stanno ambassadeur Hugo Wentges
Vorig seizoen groeide Hugo Wentges bij ADO Den Haag uit tot een échte publiekslieveling. Hij werd eerste doelman bij ADO, pakte een strafschop in de finale van de play-offs en verdiende een plek onder de lat bij Jong Oranje. We spraken het talent over het leven op en naast het veld. “In mijn vrije tijd studeer ik filosofie. Dat zie ik als een hobby en vind ik heel tof om te doen.”
Wanneer ben jij begonnen met voetballen en sinds wanneer heb jij gekozen voor het keepen?
“Ik ben begonnen met keepen toen ik 5 jaar oud was. Het voelde ontzettend stoer om een rond te vliegen en ballen tegen te houden. Ik merkte toen dat ik er wel goed in was en daarom ben ik het blijven doen.”
Waarom heb jij ervoor gekozen om een Stanno ambassadeur te worden?
“Stanno heeft gewoon top handschoenen! Toen ik net begon met keepen, gebruikte ik al Stanno handschoenen. Dat bevalt nog steeds. Stanno is een gevestigde naam en toen ik voor het eerst op het hoofdkantoor binnen stapte voelde het direct als een fijn bedrijf om mee samen te werken. Zo voelt het nog elke dag.”
Wat maakt jou tot een goede keeper?
“Ik ben nog jong, maar ik heb een hele sterke basis. Ik ben rustig, allround en goed in een-op-een situaties. Uiteindelijk draait het erom dat je ballen stopt en daar ben ik gewoon erg goed in.”
Waar vul jij graag je vrije tijd mee?
“In mijn vrije tijd ben ik veel met vrienden. Daarnaast volg ik een deeltijdstudie filosofie aan de Universiteit Leiden. Dat vind ik heel tof en zie ik echt als een hobby.”
Hoe ziet jouw ideale vakantie eruit?
“In mijn vorige zomervakantie ging ik naar Barcelona en dat was ideaal. Barcelona heeft een mooi strand en een prachtige stad waar je veel nieuwe dingen kunt zien. Ik houd er ook wel van als de zon veel schijnt op mijn vakantieadres. Op vakantie probeer ik volledig te ontspannen. Ik train vijf dagen per week en met een wedstrijd in het weekend ben ik zes dagen in de week met voetbal bezig. Een vakantie probeer ik daarom echt te zien als vakantie en dan laat ik het voetbal helemaal los.”
Kijk je veel naar voetbal in je vrije tijd of probeer je er dan juist niet mee bezig te zijn?
“Het wisselt heel erg hoeveel zin ik heb om in mijn vrije tijd voetbal te kijken. Als ik voor de buis zit, probeer ik wel extra op een keeper te letten. Als de bal in de buurt van het doel komt dan gaat mijn oog wel naar de doelman. Daar probeer ik dan ook zelf weer van te leren.”
Van welke keeper (of speler) was jij vroeger altijd fan?
“Ik begon het keepen écht serieus te nemen rond het WK van 2010 in Zuid-Afrika. Maarten Stekelenburg was toen de grote man en mijn idool. Zijn safe op het schot van Kaká heb ik daarom ook jarenlang als screensaver gehad op mijn computer.”
Had jij van iemand posters boven je bed hangen?
“Tot een halfjaar geleden had ik nog een aantal posters aan mijn muur hangen. Die heb ik toen maar weggehaald, omdat ik mij er iets te oud voor voelde. Ik had een teamfoto van het Nederlands Elftal – met Stekelenburg – aan mijn muur hangen. Ook had ik posters van Thibaut Courtois, David de Gea en Gianluigi Donnarumma aan de muur hangen.”
Wat doe jij (extra) om iedere dag beter te worden?
“Ik train vijf dagen in de week, twee keer per dag. De tweede keer is altijd een extra krachttraining in de gym. Daarnaast mediteer ik elke ochtend. ’s Avonds visualiseer ik een kwartiertje situaties uit een training of wedstrijd. Daarnaast werk ik ook met een aantal specialisten om het beste uit mezelf te halen. Zo werk ik al een lange tijd samen met een diëtist en een sportpsycholoog.”
Wat is tot nu toe het hoogtepunt van je carrière?
“Het hoogtepunt uit mijn carrière is het stoppen van de penalty in de play-off finale tegen Excelsior van vorig seizoen. Mijn vrienden en familie zaten achter mij op de tribune. Het moment dat ik naar de tribune draai en juich richting het publiek is misschien wel het mooiste moment uit mijn leven. Al voelt het helaas wel heel dubbel, omdat het wordt overschaduwd door alles wat er daarna is gebeurd in die wedstrijd.”
Wat zou een mooie volgende stap in jouw loopbaan zijn?
“Een mooie volgende stap voor mij is keepen in de Eredivisie. Het liefste natuurlijk met ADO Den Haag. Ik heb het gevoel dat ik ook wel klaar ben voor die stap, maar ik ben nog jong dus ik voel geen haast. Ik heb nog alle tijd om daar te komen.”
Heb jij een droomclub waar jij vroeger altijd al eens wilde keepen?
“Liverpool is een club die mij altijd al heeft getrokken. Ik ben daar vroeger eens met mijn pa geweest en ook al had het een hele toeristische uitstraling, Liverpool is een mooie historische club met veel aanzien. Ik vind Borussia Dortmund ook een hele mooie club. Ik vind een club met een échte voetbalcultuur fantastisch. Met een club als Bayern München of Manchester City voel ik bijvoorbeeld veel minder een klik.”
Wat zou jij beginnende keepers mee willen geven?
“Maak fouten, leer, stop alles erin wat je hebt en geniet vooral van het keepen! Ook als er veel druk op staat moet je van het moment genieten, want dat hoort er nou eenmaal bij. Dat probeer ik zelf ook te doen. Ik heb veel goeie mensen om mij heen en ik probeer in alle drukte altijd een rustpunt te vinden en te doen wat ik moet doen om het beste uit mezelf te halen.”
Word je wel eens herkend op straat?
“Ik woon zelf in Oegstgeest, een dorpje bij Leiden, en daar valt het mij nog mee hoe vaak ik herkend word. Ik heb familie in Den Haag wonen en gek genoeg wordt aan hen wel eens gevraagd of ze ‘familie zijn van die keeper van ADO’.”
Hoe is het om een voorbeeld te zijn voor de jeugd?
“Bij de selectiepresentatie op de fandag van ADO Den Haag viel het mij wel op dat ik een soort publiekslieveling ben geworden. Toen mijn naam werd omgeroepen werd er heel hard voor mij geklapt. Het is soms wel gek om te realiseren dat je een voorbeeld bent voor jonge supporters. Ik heb zelf ook in hun schoenen gestaan en ik kan mij ook nog herinneren hoe het was om aandacht te krijgen van iemand waar je naar opkijkt. Daarom probeer ik fans altijd zo veel mogelijk aandacht te geven!”